De wereld is één familie

De wereld is één familie

Het Hindoeïsme onderwijst dat alle mensen en dieren samen één grote familie vormen. Ieder van ons is mede verantwoordelijk voor het wel en wee, zowel van het individu als van de mensheid als geheel, want: vasudhaiva kutumbakam (de gehele aarde is één familie ). De Hindoes hebben hiervoor een belangrijke mantra, die ongeveer als volgt luidt (vertaald): “Trek gezamenlijk op, spreek gezamenlijk. Moge de gedachten één zijn. Arbeid gezamenlijk, ken en doe u uw plichten, zoals de Godvruchtigen en geleerden het voorheen hebben gedaan.” Deze mantra zegt dus heel veel over het omgaan en leven met elkaar.Daar gaat het uiteindelijk om. We moeten niet leven alleen voor ons zelf maar ook aan anderen denken die het minder goed hebben of zelfs in een miserabele situatie verkeren. Hun armoede, verdriet of lijden moeten we trachten te verminderen door behulpzaam te zijn. We leven in een wereld met heel veel mensen en andere levensvormen.

Wat hebben we aan al onze inspanning om zelfinzicht te bereiken en de vragen over het lot op te lossen als we geïsoleerd van de mensen om ons heen op zoek gaan? Elk antwoord op dit soort vragen moet zich bewijzen in de wereld, in het leven van alledag. Om onze antwoorden te vinden, moeten we spiritueel inzicht, maatschappelijke betrokkenheid en alomvattende liefde voor alle mensen en schepselen hebben. We zien dat spiritualiteit is: een ethische wijze van leven, belangeloos dienen, liefde voor de hele mensheid, inzet voor de eenheid der mensen en inzet voor de vrede, die wij allen in onszelf moeten ontwikkelen. Wij mensen hebben de verantwoordelijkheid om op langere termijn te denken. Dat begint met de opvoeding in het familieleven en strekt zich uit tot onze gehele leefomgeving. Wij als individuele mensen, maar ook zij die ons leiden (politici en bijvoorbeeld de media) hebben deze verantwoordelijkheid. Alle mensen beschikken vanaf hun geboorte over het vermogen tot menselijke genegenheid, tot mededogen. Dat is wellicht onze belangrijkste mogelijkheid tot gezamenlijke groei. Op de menselijke genegenheid, mededogen, rust alle hoop.

We moeten dit mededogen op verschillende manieren versterken. Dan pas hebben we reden om rekening te houden met of te hopen op de mogelijkheid van een betere toekomst, een harmonische gemeenschap. Hoewel in het algemeen gesproken iedereen naar dit ontwikkelen van mededogen zou moeten streven, zou in de eerste plaats natuurlijk een ieder van ons zelf moeten proberen zich op het spirituele pad te begeven. Als we dit doen, dan zien we dat als we volgens Dharma leven, we daarmee tevens bezig zijn met onze spirituele vorming. We ervaren dan wat de Veda zegt: “Manur-bhava”: wordt mens. In de loop der tijden zijn er heel veel geleerden, rishi’s en mahatma’s geweest die ons de weg hebben gewezen op het gebied van geestelijke ontwikkeling. Het hele leven is een leerproces. Vanaf onze geboorte tot het eind van ons leven blijven we leren. Wij zijn verbonden met de hele natuur, planten, dieren en alles wat er is, vormen samen één grote familie. Laten wij dan allemaal goed beseffen dat we elkaar nodig hebben in het leven.

Er wordt ook gebeden: Aum sarve bhavantu sukhina, sarve santu niramaya,

Sarve bhadrani pashyantu, mã kaschit dukha bhaga bhavet.

Dit betekent: Moge een ieder gelukkig, gezond en vriendelijk zijn, moge een ieder deugdelijk zijn, moge zorgen en ellende verre van een ieder blijven.