Een aantal punten waarop te letten tijdens een déw-poedjaa

Een aantal punten waarop te letten tijdens een déw-poedjaa:

Als je een godsafbeelding hebt die je voor je poedjaa gebruikt, mag je deze niet met je wijsvinger aanraken. Gebruik een schone doek om deze af te vegen. Bij het schenken van bloemen, bladeren en vruchten dienen deze in die houding geschonken te worden zoals ze in de natuur groeien, behalve het bél-blad; dit moet omgekeerd geschonken worden.

Breek voor het schenken van het bél-blad de steel af.

Bloemen mogen niet gewassen worden, schenk ze in hun natuurlijke staat.
Schenk geen toelsieblad(eren) aan Ganésj, geen doebaa-gras en toelsiebladeren aan Doergaa en geen bél-blad aan Surya-déwtaa; deze zaken zijn voor de genoemde goden verboden. Als je een paan-blad schenkt, dien je eerst de puntige kant en de tak-kant af te snijden. Offer nooit een bedorven paan-blad. Als een paan-blad gedeeltelijk bedorven is, snijdt deze dan af. Draag geen blauwe, paarse of zwarte kleding bij een hawan of het verrichten van een déw-poedjaa. Gebruik tijdens het schenken je wijsvinger niet.